De dichtheid van een vloeistof is veel gemakkelijker te meten dan die van een vaste stof of gas. Het volume van een vaste stof kan moeilijk te verkrijgen zijn, terwijl de massa van een gas zelden direct kan worden gemeten. U kunt het volume en de massa van een vloeistof echter direct meten en, voor de meeste toepassingen, tegelijkertijd. De belangrijkste onderdelen van het meten van de dichtheid van een vloeistof zorgen ervoor dat u de schaal goed kalibreert en het volume nauwkeurig leest.
Plaats de volumemeter op de weegschaal. Pas de schaal aan met handmatige aanpassingen of de automatische "tarra" functie van de weegschaal, zodat de schaal "0" aangeeft met de container erop. De container kan alles zijn met markeringen die volumemeting mogelijk maken. In chemielaboratoria zijn de meest voorkomende containers zoals deze maatcilinders of bekers.
Voeg de vloeistof toe aan de container en lees de volumemeting. Vaak wordt het oppervlak van de vloeistof gebogen waar u de meting leest. Als de curve naar beneden wijst en een cupvorm creëert, lees dan de onderkant van de curve. Als het naar boven wijst en een bultvorm creëert, lees dan de bovenkant van de curve. Noteer deze waarde.
Lees en noteer de massa van de schaal.
Deel de massa door het volume om de dichtheid voor deze vloeistof te berekenen.