Inhoud
Microbiologie is de studie van microscopische organismen, waaronder bacteriën, virussen, schimmels en protozoën. Tijdens deze cursus moet u een aanzienlijk deel van het jargon (d.w.z. specifieke wetenschappelijke termen) en complexe processen leren die beschrijven hoe micro-organismen voedingsstoffen verkrijgen of energie maken. U moet ook laboratoriumprocedures leren en leren over verschillende soorten tests die worden gebruikt om micro-organismen te identificeren. Microbiologie is op zijn zachtst gezegd een uitdagende cursus, maar een goede studiestrategie kan je helpen om succesvol te zijn in deze cursus.
Lees de juiste secties in je boek of lab handleiding voor de les. Sla het materiaal niet gewoon over, maar neem de tijd om elk diagram of figuur te begrijpen.
Schrijf elke term op de voorkant van een notitiekaart van 3 bij 5 inch en noteer de definitie op de achterkant van de kaart. Houd een aparte set kaarten bij voor de hoorcolleges en de labonderdelen van de cursus. Microbiologie-instructeurs vragen studenten vaak aan het begin van elke les, dus je moet deze kaarten direct voor de les doornemen.
Gebruik een liniaal om een verticale lijn door het midden van elk vel papier in uw notitieblok te trekken. Maak tijdens het college of lab alleen aantekeningen aan de linkerkant van de pagina. Schrijf eventuele vragen op en vraag je instructeur om de antwoorden tijdens of na de les.
Maak tijdens laboratoriumprocedures gedetailleerde aantekeningen in uw laboratoriumnotitieboekje - gebruik opnieuw alleen de linkerhelft van de pagina.
Lees tussen de lesperiodes het college en de labo's door en maak aantekeningen op de rechterhelft van de pagina naast uw klasnotities. Noteer eventuele nieuwe vragen en uw instructeur of neem deel aan kantooruren om de antwoorden te vragen. Teken belangrijke processchema's op notitiekaarten van 4 bij 6 inch met contrasterende pennen in verschillende kleuren.
Controleer uw woordenschat en verwerk notitiekaarten met diagrammen minstens vijf nachten per week. Bekijk uw lesnota's in hun geheel, vanaf het begin van de cursus, minstens één keer per week.
Maak extra grafieken of visuele studiehulpmiddelen als dat nodig is om u te helpen met moeilijke concepten. U kunt bijvoorbeeld een tabel maken met de verschillen tussen grampositieve en gramnegatieve bacteriën. Krijg onmiddellijk hulp bij moeilijke concepten. Wacht niet of u kunt achterop raken.
Schrijf in de week voorafgaand aan een test een overzicht van belangrijke termen. U kunt ervoor kiezen alleen die termen op te nemen die u nog niet met succes in het geheugen hebt vastgelegd.