Inhoud
Geologen hebben vier classificaties gemaakt om over vulkanen te praten: lavakoepels, schildvulkanen, samengestelde vulkanen en sintelkegels. Sintelkegels zijn het meest voorkomende type vulkaan. Onder de vulkanen in deze categorie, ook bekend als scoria-kegels, bevinden zich Mount Shasta in Californië, de Lava Butte in de buurt van Bend, Oregon, de Cerro Negro in Nicaragua en Paricutin in Mexico. Sintelkegels zijn vaak minder beroemd omdat hun uitbarstingen zelden tot sterfgevallen leiden.
Vorm
Assealkegels ontlenen hun naam aan hun steile zijkanten, waardoor ze een kegelachtig uiterlijk krijgen. De hoek van hun hellingen kan zo steil zijn als 35 graden, hoewel oudere, geërodeerde kegels zachtere hellingen hebben.
Grootte
Sintelkegels zijn klein in vergelijking met andere soorten vulkanen. Ze zijn gemiddeld 100 tot 400 meter hoog (325 tot 1.300 voet), terwijl samengestelde vulkanen 3.500 meter (11.500 voet) kunnen bereiken en schildvulkanen kunnen oplopen tot 8.500 meter (28.000 voet) - de hoogte van Hawaiis Mauna Loa, de 's werelds grootste, gemeten vanaf de oceaanbodem naar de top.
kraters
Scoria-vulkanen hebben meestal komvormige kraters op hun toppen.
uitbarstingen
De meeste sintelkegels zijn monogenetisch, wat betekent dat ze slechts eenmaal uitbarsten. Hun uitbarstingen zijn meestal relatief zwak in vergelijking met die van grotere vulkanen.
Gemaakt door andere vulkanen
Sintelkegels vormen vaak als parasietkegels langs de flanken van grotere vulkanen. Ze worden gevormd door Stromboliaanse uitbarstingen, wanneer gas lava naar boven in de lucht duwt. De lava koelt af en valt op de aarde als kiezelstenen, die zich ophopen rond de opening die hen uitwerpt en een kegel vormt. Deze parasiettypen kegelvulkanen komen meestal in groepen voor. Verschuivingen in de positie van de ontluchting resulteren in dubbele sintelkegels. Variaties in de kracht van uitbarsting creëren geneste kegels. Niet alle sintelkegels worden in groepen gevonden; sommige zijn afzonderlijke entiteiten gevormd op basaltische lavavelden.
Groei en duur
Hoewel grotere vulkanen zich heel langzaam vormen, kan een sintelkegel zich snel ontwikkelen. Een goed voorbeeld is de Paracutin-vulkaan in Mexico, die in de loop van een jaar in de jaren veertig van een scheur in een maïsveld tot een kegel van meer dan 300 meter hoog groeide. Cinder kegels hebben ook een kortere levensduur dan langzaam groeiende soorten vulkaan.