Topografie verwijst naar de contour van het fysieke landschap; het is ruwweg synoniem met 'terrein'. Een topografische beschrijving van een strook land houdt rekening met de ligging van het land: de pieken en dalen, het afwateringsnetwerk, de scarps en depressies. Het meten van topografie kan verwijzen naar wiskundige beoordelingen van hoogte en stroom, of het kan betekenen dat verschillende geologische en geografische variabelen worden gedefinieerd om een regio te beschrijven. Een klassiek en bekend voorbeeld van de output van het meten van terrein is een topografische kaart, die met zijn contouren toont en de hoogten en dieptepunten van het land overschaduwt.
- ••• mountain image door Krzysztof Gebarowski van Fotolia.com
Meet de hoogte en diepte van het terrein. De contourlijnen van een topografische kaart zijn afgeleid van regelmatig gemeten of geëxtrapoleerde hoogten. Geografen en geologen bereiken dit via een willekeurig aantal methoden. Moderne teledetectie en satellietbeeldenanalyse hebben dergelijke topografische beoordelingen veel eenvoudiger gemaakt, maar enquêtes ter plaatse, een veel oudere methode, worden nog steeds vaak gebruikt. De hoogten van bergtoppen kunnen bijvoorbeeld worden vastgesteld met behulp van hulpmiddelen zoals doorgangen, waarbij de hoek tussen het meetpunt en de waargenomen top op twee punten wordt genomen; de landmeter construeert vervolgens een driehoek met die twee hoeken als hoeken en berekent geometrisch de hoogte van de berg (zie referentie 1).
••• rivierbeeld door Bartek Jurkowski van Fotolia.comNeem metingen van rivieren. Streamsystemen behoren tot de grote beeldhouwers van het terrein: ze eroderen niet alleen actief in hun kanalen, maar ook als rotsen en sedimenten van de hellingen van hun valleien en kloven glijden. Rivier uiterwaarden vormen als de "schouders" van kanalen; overstromingsevenementen morsen water uit de kanalen en slaan rijke sedimenten af in de uiterwaarden. Stroommetingen omvatten aspecten zoals breedte, diepte, afvoersnelheid en -volume en stroomvolgorde, die de relatie tussen zijrivieren en hoofdsysteemdrainages onderzoekt. Meer gedetailleerde hydrologische onderzoeken houden ook rekening met de hoogte van een stroom wanneer deze van zijn oevers springt, evenals zijn hoogte wanneer deze menselijke structuren, eigenschappen en levens begint te beïnvloeden - de zogenaamde "overstromingsfase" (zie referentie 2 ).
••• tuin van de goden, rode rotsen, rotsen, rotsformaties afbeelding door Earl Robbins van Fotolia.comClassificeer de bodem- en gesteentetypes van het gebied. Dit zijn andere manieren om topografie te meten: het beschrijven van de bodem en het geologische profiel dat ten grondslag ligt aan het oppervlaktelandschap. Het analyseren van geomorfologie betekent begrijpen waarom en hoe de bestaande landvormen zijn ontstaan. U overweegt bijvoorbeeld een brede, zachte verhoging van graniet, hier en daar voorzien van rotsblokken van dezelfde classificatie en omgeven door meer vlak sedimentair terrein. Dit zou kunnen suggereren dat de topografie zijn bestaan te danken heeft aan een binnendringing van graniet, zoals in een batholiet, dat beter bestand is tegen de krachten van erosie dan omliggende sedimentaire rotsen.