Hoe werken pneumatische regelingen?

Posted on
Schrijver: John Stephens
Datum Van Creatie: 23 Januari 2021
Updatedatum: 5 Juli- 2024
Anonim
Visus: hoe werkt het oog?
Video: Visus: hoe werkt het oog?

Inhoud

Tanks en regelgevers

Het besturen van een mechanisme met behulp van pneumatiek begint met gas onder druk. De meest gebruikte gassen voor deze controle zijn koolstofdioxide, stikstof en lucht onder hoge druk. Dit gas bevindt zich in een tank, die meestal wordt gecomprimeerd tot duizenden ponden per vierkante inch (PSI).

Pneumatische bedieningselementen zijn ook afhankelijk van regelaars, die aan de gastank zijn bevestigd. Een regelaar verlaagt de hoge druk uit de tank en verlaagt deze tot een beter beheersbare druk. Regelgevers werken 'on demand', wat betekent dat in plaats van een constante stroom, ze alleen gas uit de tank vrijgeven wanneer er een drukval in een ander deel van het systeem is.

Slangen en kleppen

Pneumatische bedieningselementen kunnen niet werken zonder slangen en kleppen die onder druk staand gas van de regelaar naar de rest van het systeem leveren. Deze delen moeten onder hoge druk kunnen werken zonder te scheuren. Slangen zijn vaak versterkt met staal om ze sterk te houden als er druk door de leidingen beweegt.

Kleppen worden aangesloten op de slangen en fungeren als schakelaars, waardoor de stroom onder druk staand gas wordt gestopt en indien nodig wordt gestart. Wanneer de gebruiker een klep activeert, gaat deze zeer snel open en kan er gas doorheen stromen. Het sluiten van de klep onderbreekt de stroom en houdt de druk tegen. Kleppen kunnen handmatig worden geactiveerd of op afstand met motoren en elektronica.

actuators

Alle andere stukken, van de tank tot de kleppen, zijn nutteloos zonder een actuator. De actuator is het onderdeel dat direct objecten duwt of trekt wanneer de pneumatische bedieningselementen worden geactiveerd.

Actuatoren bestaan ​​uit een cilinder met een schijf en een stang erin. Wanneer een klep opent en hogedrukgas de actuator mag binnendringen, dwingt deze de schijf te bewegen. Dit duwt de stang, die kan worden verbonden met elk object dat moet worden verplaatst. De stang kan bijvoorbeeld worden verbonden met een deur die moet worden geopend of een doos die moet worden opgetild. De actuator is het laatste onderdeel van het besturingssysteem

Verschillende soorten actuatoren kunnen worden gebruikt, afhankelijk van de noodzakelijke taak. Enkelwerkende actuatoren bewegen in slechts één richting wanneer ze onder druk staan ​​en vertrouwen op de zwaartekracht om ze terug te brengen naar de startpositie. Dubbelwerkende aandrijvingen hebben drukaansluitingen aan beide uiteinden, waardoor ze in beide richtingen kunnen worden gedwongen.