Ingenieurs of ontwerpers die hete vloeistoffen over een afstand door leidingen moeten transporteren, moeten rekening houden met het natuurlijke warmteverlies dat zich onderweg voordoet. Deze thermodynamische berekeningen kunnen behoorlijk complex zijn, tenzij bepaalde veronderstellingen worden gemaakt, de ene onder stabiele omstandigheden en de andere een gebrek aan convectie in het gebied van de buis. Gelukkig zijn voor de meeste praktische toepassingen deze veronderstellingen geldig en zullen ze nauwkeurige resultaten mogelijk maken.
Bepaal de thermische geleidbaarheid, ook bekend als de warmteoverdrachtscoëfficiënt, van het buismateriaal waarvoor u warmteverlies berekent. Een link naar een tabel met de waarden voor de meest voorkomende buismaterialen is te vinden in Resources.
Noteer de verwachte temperaturen van de vloeistof die door de pijp moet worden getransporteerd en de luchttemperatuur buiten de pijp.
Gebruik de volgende vergelijking en vervang eenvoudig de juiste waarden:
Q = 2 * (pi) * k * L (T1-T2) /
waarbij k = de warmteoverdrachtscoëfficiënt van het buismateriaal,
T1 = de binnentemperatuur van de buis, waarvan kan worden aangenomen dat deze gelijk is aan de vloeistoftemperatuur,
T2 = de buitentemperatuur van de buis, waarvan kan worden aangenomen dat deze gelijk is aan de luchttemperatuur buiten de buis,
L = de lengte van de buis waarover de vloeistof zal worden getransporteerd,
r1 = binnenradius van de buis,
r2 = buitenradius van de buis,
ln = natuurlijke logaritme,
pi = 3,14159,
en de uiteindelijke waarde zal het warmteverlies in de pijp opleveren. Gebruik consistente eenheden in uw berekening; een juiste berekening levert een resultaat op uitgedrukt in warmteverlies per lineaire afstand, zoals watt per voet.