Inhoud
Experimenten die drijfvermogen en drijfvermogen onderzoeken, kunnen moeilijk zijn als u geen toegang hebt tot materialen die kunnen worden gemanipuleerd en gevormd. Dit komt omdat het testen van de factoren die bijdragen aan het drijfvermogen afhangen van het oppervlak van het object dat bedoeld is om te drijven of te zinken. Klei werkt goed voor deze experimenten, omdat u eenvoudig verschillende identieke massa's klei kunt meten en deze vervolgens kunt vormen volgens de behoeften van het experiment.
voorspellingen
Voordat je begint met een experiment, stel jezelf vragen die je onderzoek vooruit helpen. Als je bijvoorbeeld experimenteert om te bepalen of klei zinkt of drijft, vraag jezelf dan af wat je al weet over klei, zodat je kunt voorspellen wat er zal gebeuren als je klei in water stopt. Als je test om te zien of de vorm van klei een effect heeft op of het zinkt of drijft, noteer je ideeën over welke soorten vormen zinkers zullen zijn en welke drijvers zullen zijn. Deze voorspellingen zullen uw hypothesen zijn - onderbouwde gissingen - die u met uw experimenten zult testen.
Procedures
Zodra je hebt vastgesteld wat je wilt onderzoeken en wat je verwacht dat er zal gebeuren, stel je je experiment in en voer je het uit. Je hoeft misschien alleen maar een stuk klei in een emmer water te laten vallen om te zien of het drijft. Als u echter test hoe de vorm het drijfvermogen beïnvloedt, neemt u twee identieke massa's klei en vormt u de ene in een bal terwijl u de andere in een platte plank of bakvorm vormt. Je kunt ook experimenteren met verschillende hoeveelheden water of zelfs met verschillende soorten water. U kunt bijvoorbeeld twee watermonsters hebben: een met zoet water en een met zout water.
Waarnemingen
Noteer tijdens het uitvoeren van uw experiment alles wat u waarneemt en alle materialen die u gebruikt. Zorg er bijvoorbeeld voor dat u het volume en type van elk watermonster dat u gebruikt opschrijft. Zorg er ook voor dat u de massa van elk kleimonster registreert, evenals de afmetingen van elke vorm die u met elk monster maakt. Gebruik indien mogelijk een stopwatch en geef aan hoe lang het duurt voordat elk kleimonster zinkt. Je kunt je schriftelijke observaties zelfs aanvullen met tekeningen en diagrammen.
Resultaten en antwoorden
Nu u uw experiment hebt uitgevoerd en uw waarnemingen hebt genoteerd, moet u uw resultaten onderzoeken en bepalen of uw hypotheses correct, onjuist zijn of als uw resultaten geen uitsluitsel hebben en moet u meer onderzoek doen. Als je bijvoorbeeld probeerde te bepalen welke vormen beter geschikt waren voor flotatie, merkte je waarschijnlijk dat een bakvormig stuk klei dreef terwijl een bal van klei verzonken. Dit komt omdat de bakvormige klei een hoeveelheid water verplaatst die gelijk is aan zijn eigen gewicht. Met andere woorden, het oppervlak was voldoende verspreid zodat er meer water onder zat en het omhoog hield.